VAN DEN BERG

wapen
wapen: in blauw een vrijstaand gouden Grieks kruis
alliantie
alliantie Van den Honert - Van den Berg

Mijn betovergrootvader Cornelis Adriaan Eliza van den Honert trouwde met mijn betovergrootmoeder Engelina Henriëtte van den Berg. Zij kwam uit een familie van hoedenmakers en handelaren die in de 17e eeuw naar Leiden kwam en een aantal generaties in Friesland woonde, en zij had ook Deens bloed van haar grootmoeder Engeltje Hansen. Haar jongere broer Abraham Hendrik noemde zich vanaf 1852 Siepman van den Berg.

Bron: Ned. Leeuw 1940. Dit artikel gaf echter een Johannis Abrams uit Steenwijk als stamvader, en dat was onjuist. Verbeterd:

  1. Servaas van den Berg, uit Oupeye bij Luik naar Leiden,
    tr. Jannetje . Zij hertrouwt, won. Haverstraat, (otr. Leiden NH 2 jan 1669, weduwe van "Servaes van den Bergen") Joris Jacobsz, wedr. v. Sara Μaertens.

  2. Toesijn (Toussaint) van den Berg (van der Bergh), geb. Oupeye
    (burgerboek Sneek 17 sep 1685: Turcyn Serwaes, Joupy in land van Luik),
    mr. hoedenmaker en koopman te Sneek, ovl. (beluid Sneek) 30 juni 1722
    tr 1e ("Toutsainct Servace, van Leiden") Leeuwarden 24 juni / 9 juli 1676 Trijntje Barents (Pestrop), van Vollenhove;
    tr 2e Sneek 29 okt / 13 nov 1681 Jetske Dirks, van Sneek, ovl (beluid Sneek als Jetske Tutsyns) 5 nov 1723.
    Uit het tweede huwelijk:

  3. Ysaak van den Berg(h), ged. Sneek 20 aug 1697,
    tr. Heerenveen 4 feb 1723 Japikjen Annes, ged. Heerenveen 22 sep 1700, dr. v. Anne Lenses en Sytske Rienks.

  4. Servaas van den Berg, geb. Heerenveen 1 mrt / ged. 8 mrt 1739, ovl. Heerenveen 14 feb 1812, burger van Leeuwarden 16 dec 1763, bode van de Staten van Friesland, keurmeester der paarden in het Departement van de Eems (Franse tijd), bezat 1808-1812 buitenplaats Woelwijk onder Tietjerk,
    tr. 1e Heerenveen 1 juli 1759 Antje Abrahami, ged. Grouw 24 dec 1741, zie hieronder;
    tr. 2e Leeuwarden Jacobijner Kerk 26 mrt 1775 Eeke Freerks de Haan, ged. Leeuwarden 5 okt 1746, dr. v. Freerk Fongers de Haan en Hiltie Scheltes, ovl. ald. 30 apr 1809.
    Uit het tweede huwelijk één dochter, Japikje, tr. Haantje Wigersma, die in 1802 de hoedenfabriek van wijlen T. van Dalen had overgenomen. Zoon Servaas Wigersma, of een latere Servaas, stond bekend als "de Albehoeder".

            ABRAHAMI (de MELVERDA)

    Misschien wel afkomstig van Emelwerth, Lat. Emelwerda op Schokland, waarnaar Emmeloord is genoemd.
    Voor het volgende zie Genealogisk Jierboekje 1989: volgens aantekeningen nagelaten door Annius Abrahami die aan zijn naam 'de Melverda' toevoegde, * 1790, resident van Bantam, later van Japara en Joana. Hij was echter volgens zijn verklaring in 1817 door piraten beroofd van de oorspronkelijke documenten die hij bezeten had.
    • Lodewijk Melverda, † Polen, lijfarts van een Poolse koning, later page aan het hof van een stadhouder van Friesland maar weer naar Polen teruggekeerd; tr. N.N. Treslong, zoon
    • Abraham Lodewijksz, meester-kleermaker en voorzanger in de Galileërkerk te Leeuwarden, geb. Polen 1636/7, ovl. na 1717,
    tr. 1e Leeuwarden 8 sep 1661 Auckje Jans
    tr. 2e Leeuwarden 7 mei 1671 Japickje Lolckes
    Uit het 1e huwelijk 1662 Lodewijk, notaris, en
    • Freerck ABRAHAMI, procureur postulant te Grouw, fiscaal van Wonseradeel te Bolsward, ged. Leeuwarden 23 dec 1664, ovl. na 1722,
    tr. Grouw 24 aug 1690 Rinske Annes Wigersma, ged. Grouw 28 aug 1664, ovl. na 1722, d.v. Anne (Annius) Sybrens Wi(e)gersma, mr.-chirurgijn te Grouw, bijzitter van Idaarderadeel, ged. op belijdenis Grouw 28 aug 1664(?), en Iebeltje Willems. Hieruit
    • Abraham Abrahami, meester-chirurgijn en schrijver van een compagnie te voet, ged. Grouw 2 apr 1693, ovl. tussen 1754 en 1765;
    otr. Idaard-Aegum-Friens 2okt, tr. Grouw 16 okt 1740 Grieje Dirks, ged. Friens 18 aug 1715, ovl. voor 1748, d.v. Dirk Claasen en Antje Abrahams.
    Zoon Fredrik Abrahami, ged. Grouw 4 juli 1745, is 1775-1809 meester-zilversmid in Amsterdam, meesterteken: meesterteken.
    Dochter
    • Antje Abrahami, ged. Grouw 24 dec 1741, begr. Leeuwarden 24 mrt 1774 (woont dan 'op de dijck'),
    tr. Grouw 1 juli 1759 Servaas van den Berg, zie hierboven.

    Uit het eerste huwelijk

  5. Abraham van den Berg, ged. Leeuwarden Jacobijner Kerk 3 sep 1760, fabriqueur van hoeden, ovl. ald. 25 feb 1821,
    tr. ald. Jac. Kerk 18 dec 1785 Janke Oedses Gorter, geb. Leeuwarden 1763, doopsgezind, dr. v. Oeds Oenes Gorter en Attje Gerbens Horenstra/ Hoornstra, ovl. ald. 30 jan 1826.

            GORTER, een aanvankelijk doopsgezinde familie

    Oene Oedses, weduwnaar van Bolsward, geboren te Wommels, tr Bolsward (Gerecht) 5/26 nov 1659 Dieuwke Tjerks, j.d. van Bolsward.
    Oeds Oenes, geb. Bolsward, gortmaker,
    otr. (dan afk. v. Joure) Leeuwarden (Gerecht) 14 apr. 1688 Tetje Gosses, van Leeuwarden. Hij werd op 14 mrt 1690 burger van Leeuwarden: "Woord van ja en nee i.p.v. eed (Mennoniet)".
    Hun zoon Gosse Oedses was meester wolkammer. Zijn afstammelingen heten van KAMMEN.
    En hun zoon Oene Oedses, meester gortmaker te Leeuwarden, otr. Leeuwarden 10 dec 1717 Tetje Wopkes. Hun afstammelingen heten GORTER.
    Zoon was Oeds Oenes Gorter, tr. Leeuwarden 16 feb / 4 mrt 1753 Attje Gerbens Horenstra, de ouders van Janke Oedses Gorter die Leeuwarden met Abraham van den Berg trouwde.
    Broer van Oeds Oenes was
    theepot Gosse Oenes Gorter Gosse Oenes Gorter, meesterteken Gosse Oenes Gorterzilversmid.

  6. Yzaak van den Berg, koopman, geb. Leeuwarden 14 juli / ged. 8 aug 1794, † Amsterdam 24 okt 1860, begr. Oude Kerk,
    tr. Amsterdam 21 feb 1822 Wilhelmina Frederika Siepman, geb. Amsterdam 22 okt 1803, dr. v. Hendrik Siepman, commissionair, en Engeltje (Engelina) Hansen, zie hieronder.
    Medevennoten van de firma Van den Berg & Compagnie waren zoon Hendrik Abraham Siepman van den Berg en schoonzoon Cornelis Adriaan Eliza van den Honert.
    Na zijn dood erfde zijn weduwe het koopmanshuis op het Nieuwe Waalseiland (Buitenkant, nu Prins Hendrikkade).


            SIEPMAN

    Hendrik Siepman zou van 'Strunkerke in Pruisen' zijn, en Engeltje Hansen van 'Roi in Denemarken'. Maar volgens de inschrijving van de ondertrouw in het kerkregister op 15 juli 1790 kwam hij van 'Bockem in Brandenburgh' en zij van 'Horses in Denemarken'. Hij was toen weduwnaar van Elizabeth Lemmink. Zijn broer Johan Frederik Siepman trouwde in 1791, 40 jaar oud, en kwam van 'Grifstrunk in Marksland', zij woonden toen beiden op de Zeedijk in 'De Deense Eilanden'.
    Verschillende families uit de buurt van Bochum heten Siepman, en daar kwam hij ongetwijfeld vandaan. Een 'Siepen' is een vochtig dal waaruit een beek ontspringt, en iemand van een boerderij 'im Siepen' noemde zich dan 'Siepman'. En Bochum lag in de graafschap Mark, dat bij Brandenburg-Pruisen behoorde. Ten noorden van Bochum ligt kasteel Strünkede of Strunkede, misschien kwamen zij uit die buurt, 'Grifstrunk' heb ik niet gevonden.
    Hendrik was commissionair, d.w.z. voerde opdrachten tot koop en verkoop uit voor anderen, vooral als cargadoor, scheepsbevrachter. Eerst vinden we H. Siepman en Comp., dan Siepman en Pietersen, dan in 1812 Siepman, Pietersen en Comp. als Oeds Oenes van den Berg tot de firma toetreedt.
    Engeltje of Engelina Hansen kwam dus uit Horsens (Oost-Jutland, Denemarken), zij werd daar geboren in 1765/66 en overleed te Amsterdam op 6 okt. 1822.

  7. EngvdB Engelina Henriëtte van den Berg, geb. Amsterdam 4 nov 1822, ovl. Bex, Zwitserland, 19 mei 1882,
    tr. ald. 14 apr 1842 Cornelis Adriaan Eliza van den Honert, geb Amsterdam 4 mrt 1820, koopman, oprichter en directeur der Amsterdamsche Kanaal Maatschappij tot Doorgraving van Holland op zijn Smalst, ovl. Amsterdam 12 feb 1901.
    Hij hertrouwde Amsterdam 8 okt 1885 met Johanna Jacoba Claassen, wed. v. Abraham Hendrik Siepman van den Berg, broer van Engelina en stamvader van de dragers van die achternaam.

                   verder nakomelingen                                 index